zondag 11 juni 2017

Van North Cascades NP naar Glacier NP

De eerste tekenen van de bewoonde wereld na North Cascades National Park is het gehucht Mazama. Het ziet er hier net zo uit als aan de westkant van het nationaal park: Highway 20 voert door een brede vlakte omringd door heuvels, waarin weilanden en bos zich afwisselen en hier en daar een huis staat. Pas vlak voor het western plaatsje Winthrop, het eerste echte dorp dat we in rijden, laten we ook de groene heuvels achter ons.

Winthrop is een toeristisch dorp aan de Methow River waar je terug in de tijd het oude wilde westen in stapt. De drie hoofdstraten bestaan uit houten 19e eeuwse gebouwtjes met veranda, waarin vooral souvenir-winkeltjes, boetiekjes en eethuisjes gehuisvest zijn. We stoppen hier even om - ondanks de stromende regen - de benen te strekken en een hapje te eten. Voor een eenvoudige lunch is de keuze beperkt; het is of Sheri's mierzoete Sweet Shoppe met huisgemaakt ijs, chocolade en gebak, of meteen een grill- of Mexicaans restaurant. Voor bier en wijn lijk je in Winthrop trouwens ook goed terecht te kunnen. Maar aan het einde van de doorgaande weg vinden we een bakkerij waar we een stuk warme spinaziequiche kunnen krijgen. Op weg er naartoe drukt een jochie van een jaar of vijf zonder wat te zeggen een tekening in Patricia's hand (nadat John 'm weigerde....) en loopt een ree op z'n gemak langs de weg door het dorp en onder een paar veranda's door. Het is nooit saai in Winthrop.

De volgende niet al te grote plaats in de Methow Valley is Twisp, waar nota bene een enorme supermarkt staat en we dus flink onze voorraden kunnen aanvullen. En niet onbelangrijk: naar het toilet kunnen. Handig, zouden ze in NL ook moeten doen. Vlak na Twisp wordt er weer een beroep gedaan op ons incasserings- en aanpassingsvermogen, want Highway 20 richting Okanogan blijkt hierna afgesloten. Oeps. Er zit dus niets anders op dan het enige alternatief te nemen, de Methow Valley Highway (SR 153). In plaats van naar het noorden, rijden we nu juist naar het zuiden. Het is gelukkig droog geworden en de vlakke weg rijdt lekker door langs de rivier, door een groen dal waar de fruitteelt het landschap bepaalt. Na het plaatsje Methow wordt het landschap droger, maar zien we nog steeds veel boomgaarden. Om weer een beetje op de juiste route terecht te komen, rijden we bij het plaatsje Pateros route 97 omhoog, langs de wereldberoemde Columbia River.
Columbia Cove, een rustige baai in de Columbia River
We besluiten even verderop te stoppen in het dorp Brewster omdat we daar stuiten op een 'City RV Park'. Dat lijkt gewoon een soort van parkeerplaats aan een rustige baai in de rivier, achter de school en sportvelden. Het wordt beheerd door de gemeente zelf en we moeten bellen om ons aan te melden. Dat stellen we even uit tot na het eten en daardoor treffen we het dat de beheerster toevallig langskomt omdat blijkbaar iemand anders al heeft gebeld. Voor $10 kamperen we 'droog'. Normaal betekent dat echt alleen maar het innemen van de plaats, maar de beheerster is zo aardig om ons toch toe te staan de douches en het toilet te gebruiken. Na het eten lopen we wat door het dorp, dat er met de vele stacaravanwoningen en vervallen gebouwen wat armoedig uitziet. Er zijn wel een McDonalds, Subway en supermarkt. De inwoners zijn hoofdzakelijk Latijns-Amerikanen, waarschijnlijk Mexicanen. Dat zal te maken hebben met de fabriek van Gebbers Farms die hier staat, de grootste appel- en kersenteler van noordwest Amerika.

De volgende dag heeft het sombere weer plaats gemaakt voor een kraakheldere hemel. We nemen nog heel even de tijd om over het meer te staren. Ook dit is dus de Colombia River, maar dan heel rustig. We besluiten om de zuidelijke route aan te houden en niet te proberen ons oorspronkelijke plan te hervatten. Nieuwe route, nieuwe kansen dus. Het brengt ons langs de Chief Joseph Dam bij Bridgeport, waar de Columbia River met volle kracht doorheen geperst wordt. Een indrukwekkend spektakel, waaraan we ons zomaar een klein uurtje vergapen. Door een uitgestrekt landschap van vulkanische, groene heuvels, die later overgaan in een glooiende vlakte, volgt de hier en daar rechte weg met verre uitzichten voor en achter ons. We maken een fotostop op een plek waar we achter ons zelfs nog de Cascades Mountains en Mount Rainier zien liggen. Na een klein uurtje komen we bij de volgende dam, de Grand Coulee Dam. We bekijken deze
Grand Coulee Dam
vanaf een kleine hoogte op Crown Point.
De kaarsrechte SR 174 vervolgt daarna door glooiende akkers in de
richting van Spokane. De route is bij vlagen saai. Het eerste weinig
zeggende dorp waar we doorheen rijden is Wilbur, waar de weg overgaat in Highway 2. Niet veel later volgt spookdorp Creston met ook weer een enorme silo langs de weg. Akkerbouw is wat in deze regio het landschap bepaalt en dat is met al die rechte wegen best saai. In Davenport leven we weer een beetje op als we ons stuur kunnen omgooien voor een Safeway supermarkt. We besluiten hier nog een stukje verder te rijden naar Spokane, met 210.000 inwoners de grootste plaats van de regio aan de voet van de noordwestelijke Rocky Mountains. Maar daar hebben we al snel spijt van. Het is in verhouding een enorme plaats en een knooppunt van wegen met Interstate 90 als belangrijkste toeleverancier van verkeer. We komen in een file dwars door het centrum waar door de vele stoplichten (hierover hadden we al gelezen) geen einde aan lijkt te komen. Het lukt ons er in noordelijke richting weer uit te rijden, maar we komen maar geen camping tegen. Volgens de campinggids van KOA zit er wel één vlakbij Newport, op ongeveer een uur rijden. Het moet maar.
Vegan Rice Bowl
De camping ligt ver van de weg af, diep in het bos achter Diamond Lake. Weer zo eentje waarvan we niet precies kunnen raden waarom die hier zit. De camping is enorm en behoorlijk bezet, maar gelukkig vinden ze voor ons een rustig plekje waar we het rijk bijna voor ons alleen hebben, zelfs het sanitair (met familiebadkamers!). Het is hier beduidend koeler dus er gaat al snel een jasje aan. Eten houden we eenvoudig met een heuse Vegan Rice Bowl. Nu we Glacier NP naderen, kijken we via internet even naar de wegsituatie. De Going to the Sun Road dwars door de bergen, blijkt nog afgesloten vanwege de sneeuw. Dat zal in de komende twee dagen niet veranderen. Balen!

De beboste omgeving waarin we kampeerden zet mooi door tot Newport, waar we tanken en een coffee to go meenemen van de McDonalds. Ook anderszins is het een en al groen: de Cannabis billboards slingeren ons om de oren. En wij maar denken dat NL zo liberaal is op dat gebied. In Newport steken we grens met de staat Idaho over. Highway 2 is een 'scenic byway' geworden en loopt fraai langs de Pend Oreille River en het spoor. Het wegdek is matig en de plaatsjes en gehuchten waar we doorheen rijden zien er armoedig uit. Welcome in Idaho. Na het plaatsje Priest River is de route wel weer mooi groen langs de zuidkant van Kaniksu National Forest.

Alles wordt anders in Sandpoint, waar we stoppen om de benen te strekken en te lunchen. Wat een leuke plaats! We lazen al over de kunstzinnigheid van dit stadje en we voelen het inderdaad aan de relaxte vibe. Er is een kleine biologische markt in het Farmin Park in het centrum, en First Avenue is een leuke straat (helaas niet autovrij) om te lopen met galerieën, winkeltjes en eettentjes. De Cedar Street Bridge, een voormalige voetgangers- en autobrug tussen het centrum en het treindepot aan het water, is jaren geleden omgebouwd tot een kleine overdekte markt met boetiekjes, galerieën, een knutselhoek voor kinderen, verkoop van lokale producten, een bistro én een sushibar, maar die is helaas gesloten als wij er zijn. Wij lunchen hier een geweldige vegetarische wrap bij de bistro, waarmee we weer even voldoende bodem hebben voor de volgende kilometers die we gaan maken. 


We rijden de lange Long Bridge Highway 95 over de Pend Oreille River heen en weer (stoppen kan helaas niet) van waar we een mooi uitzicht hebben op de omliggende bergen, en dan gaan we verder via State Highway 200 langs Lake Pend Oreille. We maken een fotostop van de moerasachtig Pack River. De SH 200 leidt tussen Lake Pend Oreille en de beboste heuvels. Prachtig. Vlak voor het gehucht Clark Fork ruiken we zelfs in de auto een sterke wietgeur. De SH 200 volgt hiervandaan de Clark Fork River en zo rijden we vanzelf Montana in, de derde staat in deze reis. Dat betekent dat onze horloges een uur vooruit moeten en in eens is het 16:30 uur. Na ongeveer een uur rijden, rijden we de prachtige route SR 56 omhoog door de beboste heuvels langs de Bull River. De weg geeft geen ruimte om te stoppen waar we dat graag willen en dat is jammer want we komen een paar berggeiten tegen die op hun gemak in de berm staan te grazen. Vlug een foto vanuit de rijdende auto dan maar. In het noorden komt de SR 56 weer uit op Highway 2, waar we rechtsaf slaan. We rijden langs de krachtige Kootenay River maar daar is weinig van te zien door de bomen en de diepe ligging. Het wachten is op de bewegwijzering naar de Kootenay Bridge, een zogenoemde 'suspension bridge' over de kloof van de rivier heen. We durven het niet te zeggen, maar zelf daaraan rijden we voorbij. We zien weliswaar een bordje met 'Historic Point', maar wie denkt daarbij nou aan de beroemde brug?! Wij dus niet. Het stuur omgooien kan niet in deze bocht en
met auto's achter ons, dus we nemen ons voor verderop te keren. Maar dat moment komt niet binnen afzienbare kilometers. Door dus naar Libby, het eerstvolgende stadje waar we ook de eerste de beste normaal ogende camping binnen rijden. Om de aandachttrekkende grijze OYNIL caravan van Woodland RV Park kunnen we niet heen. Gelukkig is het een prima plek, waar we wederom de nagenoeg de enigen zijn. Dankzij het extra uurtje tijd verschil is de avond wat langer.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten